Informatie over coachlicenties

Lijst met geldige coachlicenties:


Update: 20/01/2025

Coachlicentie vernieuwing:

Er zijn twee soorten coachlicenties:

  • Coachlicentie A
  • Coachlicentie B

 

Waar zijn de coachlicenties verplicht:

  • Alle A-achttallen van zaal 1ste klasse (Topleague): Coachlicentie A
  • Alle A-achttallen van zaal 2de klasse (Promoleague) en alle achttallen van jeugd Top Zaal U19 – Top Zaal U17 – Top Zaal U15 en Top Zaal U13: Coachlicentie B of A

Het digitale wedstrijdformulier controleert automatisch de geldigheid van de licentie. De Scheidsrechter/Jury controleert de identiteit van de coach.

 

Vereisten om een NIEUWE coachlicentie te verkrijgen vanaf seizoen 2023-2024:

Vereisten

CL4.1. In het bezit zijn van een recent spelregelbewijs VSF leerplatform 

CL4.2. Coachlicentie A:

CL4.2.1. Minstens trainer B korfbal of korfbaltrainer 4 (KNKV)

Overgangsmaatregel:

Het art. CL4.2.2 blijft gelden tot en met competitiejaar 2025-2026.

Vanaf 01-07-2026 worden de nieuwe voorwaarden onverkort van kracht en vervalt het desbetreffende artikel volledig.

CL4.2.2. Initiator korfbal en – afzonderlijk beschouwd

  • of gedurende de laatste 5 jaar, 3 jaar speler zijn geweest in het A- achttal van een club uit de senioren League Veld of Zaal,
  • of gedurende de laatste 5 jaar, 3 jaar T1 of T2 zijn geweest bij een A[1]achttal van een club uit de senioren League Veld of Zaal.

CL4.3. Coachlicentie B:

CL4.3.1. of minstens initiator korfbal of korfbaltrainer 3 (KNKV)

CL4.3.2. . of hernieuwing als “Ervaringsdeskundige” bekomen op basis van de vorige regeling.

CL4.4. Bij het aanvragen van de coachlicentie A & B mag het onder 4.2.1 behaalde diploma niet ouder zijn dan 4 jaar.

Indien ouder dan 4 jaar moet de aanvraag voorzien zijn van twee bijscholingsattesten bekomen de laatste 4 jaar (2 sporttechnische bijscholingen KBKB of VTS plus bijscholingen gevolgd hebben (bewijzen bijvoegen).

Opleidingen/bijscholingen KBKB wedstrijd-schotklok, jury en (club-)scheidsrechter komen NIET in aanmerking als sporttechnische opleidingen of bijscholingen.

CL5. Procedure

CL5.1. Een aanvraag tot het verkrijgen van een coachlicentie indienen. Hiervoor dient het aanvraagformulier (te vinden op de KBKB-website) volledig ingevuld en ondertekend met een kopie van het vereiste attest(en)/diploma(‘s), te worden opgestuurd aan het secretariaat KBKB.

CL5.2. De bijdrage die jaarlijks vastgesteld werd door de Algemene Vergadering te storten op de rekening van de KBKB met vermelding van identiteit van de coach.

CL5.3. De coachlicentie wordt op het thuisadres bezorgd.

CL5.4. De namen van de coaches met een geldige coachlicentie zullen gepubliceerd worden op de website van de KBKB.

CL6. Geldigheidsduur

Een coachlicentie wordt afgeleverd voor 3 opeenvolgende competitiejaren.

 

Vereisten om een coachlicentie te VERLENGEN vanaf seizoen 2023-2024:

  • Minstens 2 sporttechnisch bijscholingen KBKB of VTS plus bijscholingen gevolgd hebben tijdens de geldigheidduur van de licentie (bewijzen bijvoegen).
    Opleidingen/bijscholingen KBKB wedstrijd-schotklok, jury en (club-)scheidsrechter komen NIET in aanmerking als sporttechnische opleidingen of bijscholingen.

Bij het aanvragen van de coachlicentie A & B mag het behaalde diploma niet ouder zijn dan 4 jaar.
Indien ouder dan 4 jaar moet de aanvraag voorzien zijn van twee bijscholingsattesten bekomen de laatste 4 jaar (2 sporttechnische bijscholingen KBKB of VTS plus bijscholingen gevolgd hebben (bewijzen bijvoegen) en een up to date spelregelbewijs (niet ouder dan 4 jaar)
Opleidingen/bijscholingen KBKB wedstrijd-schotklok, jury en (club-)scheidsrechter komen NIET in aanmerking als sporttechnische opleidingen of bijscholingen.

“Voor de volledige tekst zie “Competitiestructuren Zaal League en 1ste klasse Jeugdreeksen

Spelregelbewijs:

  • Bij elke verlening moet de coachlicentiehouder een opfris doen van het spelregelbewijs en het certificaat meesturen bij zijn aanvraag.
  • Elke coachlicentiehouder kan inloggen (Je gebruikersnaam = je e-mailadres (kleine letters). Je logt in en kan rechtsreeks naar het eindexamen. Daar krijg je 30’ tijd om 20 ad random vragen te beantwoorden uit de cursus. Vanaf 14/20 ben je geslaagd. Ben je niet geslaagd heb je drie kansen om het opnieuw te doen. Slaag je daar niet in moet je de ganse spelregelcursus terug doorlopen en alle deelexamens afleggen.

Aanmeldformulier VSF 

Maak uw account aan:

 

Wat zijn bijscholingen KBKB of VTS:

Van al deze bijscholingen kan je een deelname-attest downloaden op 'mijn VTS' (database van de Vlaamse Trainersschool). Dit attest moet als bewijs gebruikt worden.

Studenten LO sturen een bewijs door dat ze bezig zijn aan de laatste jaren van hun opleiding.

Aanvraagprocedure:

  • Een aanvraag tot het verkrijgen van een coachlicentie indienen. Hiervoor dient het aanvraagformulier volledig ingevuld te worden.
  • Betaling van € 75,00 gekoppeld aan het aanvraagformulier.
  • Zorg dat je foto in onze Twizzit ledenadministratie up to date is.
  • De namen van de coaches met een geldige coachlicentie zullen gepubliceerd worden op de website van de KBKB (bovenaan deze pagina).

 

Geldigheidsduur:

  • Een coachlicentie is drie seizoenen geldig.

Voor inlichtingen kan je terecht bij Liesbeth Neirinckx (Sporttechnisch Coördinator KBKB-Vlaamse Liga)

 

Het belang van spelregels in korfbal
Het kennen van de spelregels zou een must moeten zijn voor elke korfbalspeler, coach, scheidsrechter en supporter. Als we de spelregels beter zouden kennen, zouden we veel discussies uit de wereld kunnen helpen. Dit draagt bij aan een verbeterd gedragspatroon, zowel op als naast het veld.

Om dit te bereiken, hebben we het volgende ingevoerd:

  • Alle scheidsrechters en opgeleide trainers met een VTS-diploma zijn verplicht om een spelregelbewijs te behalen én dit elke drie jaar opnieuw af te leggen.
  • Bij de aanvraag van een coachlicentie moet iedereen een up-to-date spelregelbewijs kunnen voorleggen, samen met de vereiste bijscholingsattesten.

Sinds de invoering van deze regelingen is de sportiviteit op en naast het veld merkbaar toegenomen.

Hoe behaal je een spelregelbewijs?
Om een spelregelbewijs te behalen, moet je eerst een account aanmaken via de onderstaande link naar het VFS-leerplatform.

Aanmaken account

Iedereen die een account heeft aangevraagd, heeft een inlogaccount met paswoord (dat je moet wijzigen bij eerste inlog) toegestuurd gekregen (Je gebruikersnaam = je e-mailadres (kleine letters).

Er zijn vier deelexamens waarin je moet slagen alvorens het eidexamen af te leegen dat recht geeft op een spelregelbewijs. Vanaf 14/20 ben je geslaagd. Ben je niet geslaagd heb je drie kansen om het opnieuw te doen. Slaag je daar niet in moet je de ganse spelregelcursus terug doorlopen en alle deelexamen terug afleggen.

Waarom K@S?

  • We zijn het allemaal eens dat wij moeilijk aan jeugdleden geraken.

  • We zijn het allemaal eens dat we ze moeten zoeken in de scholen.

  • We zijn het allemaal eens dat de sportdagen op school (mei) geen nieuwe leden naar de clubs brengen.

  • Wat kunnen we er gezamenlijk aan doen zodat onze kijk verder rijkt dan 1 seizoen

  • Wat kunnen wij er gezamenlijk aan doen om de Korfbalsport bekender te maken onder de jeugd?

Daarom K@S 2.0

  • Korfbal in de schoolomgeving implementeren en de zichtbaarheid van korfbalsport verhogen bij de lagere schoolkinderen.
  • Korfbal is de schoolsport bij uitstek! Jongens en meisjes spelen samen. Iedereen komt evenwaardig aan bod. Door het feit dat men niet mag lopen met de bal zijn de kinderen verplicht met elkaar, door samenspel, hun doel te bereiken.
  • Kinderen actief te laten spelen met de bal
  • De ontwikkeling van motorische basiscompetenties.
  • De ontwikkeling van sociale vaardigheden

Waarom korfbal op de scholen?

  • Korfbal past volledig in het plaatje voor de eindtermen basisonderwijs Vlaanderen
  • In Vlaanderen is lichamelijke opvoeding (LO) een verplicht onderdeel van het leerplan in het basisonderwijs. De eindtermen zijn vastgesteld door de Vlaamse overheid en bepalen wat leerlingen moeten kennen en kunnen aan het einde van hun basisschooltijd. Voor lichamelijke opvoeding zijn de eindtermen onderverdeeld in verschillende domeinen zoals bewegen en sport, en gezonde en veilige levensstijl. Hier zijn enkele belangrijke punten:

    1.Bewegingsvaardigheden: Leerlingen ontwikkelen motorische vaardigheden door deel te nemen aan verschillende sport- en spelactiviteiten. Dit omvat basisvaardigheden zoals lopen, springen, gooien, vangen en zwemmen.

    2.Gezonde en Veilige Levensstijl: Leerlingen leren over het belang van fysieke activiteit voor hun gezondheid en welzijn. Ze krijgen ook lessen over veiligheid tijdens het sporten en bewegen.

    3.Samenwerken en Respect: Leerlingen leren samen te werken en respect te hebben voor anderen tijdens sport- en bewegingsactiviteiten. Dit bevordert sociale vaardigheden en fair play.

    4.Kennismaken met Verschillende Sporten: Scholen worden aangemoedigd om leerlingen kennis te laten maken met een breed scala aan sporten en bewegingsactiviteiten, zodat ze verschillende interesses en talenten kunnen ontdekken

  • De concrete invulling van de lessen lichamelijke opvoeding kan variëren per school, maar de scholen moeten voldoen aan de vastgestelde eindtermen. De overheid stelt ook bepaalde minimumnormen vast voor het aantal uren lichamelijke opvoeding dat leerlingen moeten krijgen.
  • Daarnaast zijn er diverse initiatieven en programma's, zoals "Sport na School" en samenwerking met lokale sportclubs, om leerlingen aan te moedigen buiten de schooltijd actief te blijven.

Hoe werken met K@S 2.0

  • Contacten leggen met de scholen (leerkrachten LO en schooldirecties)
  • Contacten leggen met de leerkrachten LO en hun wegwijs maken met de SamApp
  • Leerkrachten korfbal in klassen laten spelen met beleving als doelstelling
  • Klassen tornooi door leerkrachten met ondersteuning clubs
  • Scholentornooi op clublocatie
  • Jaarlijkse herhaling van dit traject ingevuld door elke club op eigen tempo en medewerking van zijn leden.

Hoe K@S?

  • SamApp basispakket
  • Geen initiatie korfbal maar nadruk op beleving en zichtbaarheid

Wie gaat naar de scholen?

  • De clubs gaan naar de scholen en leggen contacten met de leerkrachten en directie en overtuigen ze van de meerwaarde van de korfbalsport in het leerplan van de school.

Wie is verantwoordelijk binnen de club voor briefing naar KBKB?

  • Aanstellen van een verantwoordelijke die als contactpersoon optreedt naar de club en federatie toe. Contactpersoon doorgeven aan TeamKBKB@korfbal.be
  • Wat is de bereidheid van de club tot medewerking van de school?
  • Is de club bereid middagsport en/of initiaties te laten doorgaan op school.

Hoe bieden wij K@S aan op de scholen?

  • We introduceren we SamApp aan de leerkrachten
  • Kan aangeboden worden door leden van de club of als iemand ter beschikking is uit het promotie medewerkers team (Worden vergoed met verenigingswerkvergoeding en de clubs die gebruik maken storten de gemaakte kosten terug aan KBKB). De opleiding introductie in de scholen wordt voorzien door TeamKBKB met Teams)

Wat is het verschil tussen K@S 2.0 en K@S High5?

  • Met K@S 2.0 laten wij de leerkrachten korfbal in hun lessenpakket opnemen en maken de kinderen kennis met de korfbalsport (onbekend = onbemind).
  • Korfbal wordt geïntroduceerd met veel beleving, geen korfbalregels zoals we ze kennen in onze sport maar begrijpbaar uitgewerkt voor kinderen
    • Niet lopen met de bal
    • De bal niet uit de handen nemen of slaan
    • Men mag altijd doelen als men kan
  • De club gaan leden rekruteren nadat de kinderen kennis hebben gemaakt met de korfbalsport. Clubs kunnen samen met de leerkrachten of de school schoolcompetities organiseren al dan niet op school of in eigen accommodatie.

Creëren van K@S 2.0 begeleiders voor de clubs

  • K@S begeleiders (ook leden van de clubs of promotie medewerkers) krijgen een opleiding via Teams !
  • Indien clubs niemand kunnen motiveren om het project aan de scholen te introduceren, kunnen de vraag stellen aan KBKB. KBKB vergoed de promotiemedewerker met een vergoeding via verenigingswerk.
  • Clubs betalen de gemaakte kosten voor de promotiemedewerker van het terug aan de KBKB.

Wie draagt welke kosten?

  • Clubs voor de inzet van de K@S promotiemedewerkers

Welk materiaal wordt er aangeboden door KBKB en voor hoelang?

  • Na overleg met het bestuursorgaan krijgt de eerste school (per club) die deelneemt aan Korfbal@School krijgt 2 korfbalpalen ter beschikking die in de hoogte verstelbaar zijn zodat de palen kunnen gebruikt worden bij verschillende leeftijden.Jaarlijkse evaluatie.
  • Deze korven blijven eigendom van de federatie en moeten na stopzetten project terug bezorgd worden aan de KBKB
  • dDe clubs moeten voldoen aan de afspraken en worden na 5 jaar eigendom van het materiaal
  • De clubs bieden ook twee stellen palen aan zodat de leerkracht korfbal kan initiëren met veel beleving

Wat is de win-win van K@S?

  • Jeugdscorekaart zullen extra punten worden gegeven voor de deelname aan K@S
  • Verhogen van hun ledenaantal

Andere instantie die je kunnen helpen.

 

 

Dit document is geschreven ter ondersteuning van de opleiding van jeugdspelers voor alle clubs, of het nu gaat om recreatieve, breedte- of topsportclubs. Het kan door één persoon worden uitgevoerd of worden verdeeld binnen de vereniging. Het biedt inzicht in het ontwikkelen van een opleidingsvisie, clubgebonden: waar staat onze vereniging voor en hoe willen wij onze eigenheid naar de buitenwereld uitdragen?

Het opstellen van een korte- en langetermijnvisie voor de jeugdopleiding staat hierin centraal. Dit document helpt clubs bij het waarborgen van de kwaliteit van de trainingen, het maken van strategische plannen, het omgaan met ouders, het organiseren van contactmomenten, het bepalen van opleidingsaccenten, het visualiseren van doelen, het stellen van haalbare doelen, het uitvoeren van technisch en tactische analyse, analyses op het gebied van psychologie, en het bevorderen van duidelijke communicatie binnen de spelersgroepen en binnen de club.

Wij hebben het gespiltst zodat iedere club gemakkelijker aan de documentatie kan komen

De ondersteuning zal in afzonderelijke documenten te vinden zijn op deze subpagina.

Elewaut Alex

 

 

 

WIE KAN ER G-KORFBAL SPELEN

G-korfbal is korfbal voor mensen met een verstandelijke beperking. De verstandelijke beperking houdt in dat zij een IQ van 75 of lager hebben en vaak diagnoses hebben als Syndroom van Down, ADHD, PDD NOS of autisme. Dat betekent dat voor het aanleren van vaardigheden steeds een goede uitleg nodig is en dat er vaak geoefend moet worden. Veel herhalen is belangrijk voor G-korfballers. Iets aanleren kost bij hen tijd, vraagt affiniteit met de doelgroep en bepaalde kwaliteiten van de uitvoerders.

 

 

HANDLEIDING BEGELEIDING

STARTEN MET EEN GROEP G-KORFBALLERS

Het belangrijkste is dat je voordat er gestart gaat worden met trainen met de G-korfballers er eerst een gesprekje plaatsvindt met de individuele G-korfballer en zijn of haar begeleider. Dat kan een ouder zijn of een mentor/begeleider van een woonvoorziening. Hierin zal onder meer uitgevraagd moeten worden wat het begripsniveau is van de speler (intelligentieniveau), welke mogelijke syn- dromen/stoornissen er bij de sporter vastgesteld zijn (denk aan Down syndroom, fragiele X syn- droom, Prader-Willi syndroom, dementie (begint vaak al bij 40) of aan autisme, ADHD etc.) en welk gedrag kenmerkend is voor de speler buiten het sporten om (denk bijvoorbeeld aan grensoverschrijdend gedrag (verbale/fysieke agressie of seksueel getint gedrag ), aanhankelijkheid en wegloopgedrag). Ook is het belangrijk te weten of een speler medicatie gebruikt en welke medicatie (denk bij- voorbeeld aan epilepsie, suikerziekte en allergieën) en of er mogelijke bijwerkingen zijn van de mediatie waar rekening mee moet worden gehouden.

Het is goed om wat er uit het kennismakingsgesprek met de G-korfballer komt ook direct in een documentje vast te leggen en in een teammap te stoppen zodat mede trainers of invallers dit ook direct kunnen inzien. Belangrijk is wel hiervoor toestemming te vragen aan de gezaghebbende ouder. Het is handig om tijdens dit eerste gesprek af te stemmen over vaste evaluatiemomenten, bijvoorbeeld 1 keer in de 3 maanden. Tegelijkertijd is het belangrijk dat de ouder/begeleider jou als trainer kan informeren voorafgaand aan de training mocht er iets aan de hand zijn. Een schriftje kan hier- voor handig zijn. Als trainer kan je hier eventuele bijzonderheden tijdens de training in rapporteren.

 

INSCHAKELEN VAN ANDERE INSTANTIES/BEGELEIDING BIJ HET G-KORFBAL

Soms is het mogelijk om ook externe begeleiding bij de training te krijgen. Dit kan bijvoorbeeld via G sport Vlaanderen geregeld worden. Zeker als het een speler is die veel individuele aandacht vraagt, is het slim deze mogelijkheden te bekijken en te bespreken.

SAMENSTELLING EN BEGELEIDING GROEP

Allereerst is het belangrijk te kijken naar de noodzakelijke begeleiding van elke G-korfballer. Hoe intensiever de begeleiding hoe kleiner de totale groepsomvang zal moeten zijn. Gemiddeld genomen kan je ervan uitgaan dat er één begeleider noodzakelijk is op 3 G-korfballers. Afhankelijk van de ondersteuningsbehoefte van de spelers zal de groep maximaal bestaan uit tussen de 9 en 12 spelers waarbij er dus gemiddeld genomen 3 of 4 begeleiders op staan. Ook is het handig rekening te houden met de leeftijden van de spelers. Probeer als daar de mogelijkheid voor is een splitsing te maken tussen de 18+ G-korfballers en de 18- G-korfballers.

HET VERSTANDELIJKE NIVEAU 

In de praktijk zal je vooral te maken hebben met de groep spelers die op licht verstandelijk beperkt niveau functioneert of de groep die daar net boven functioneert, de zwakbegaafden.

In benadering van de G-korfballer is dit één van de belangrijkste dingen om rekening mee te houden:

  • VB: TIG <50
  • LVB: TIG 50 t/m 69
  • Zwakbegaafd; TIG 70 t/m 84

WAT HOUDT ZWAKBEGAAFDHEID OF EEN LICHT VERSTANDELIJKE BEPERKING IN?

Allereerst is het belangrijk hier het onderscheid te maken tussen zwakbegaafdheid en een licht verstandelijke beperking (LVB). De eerste groep kan aanmerkelijk meer in zich opnemen en dus ook meer informatie verwerken over het algemeen. Voor de LVB doelgroep is al snel iets te veel. In ieder geval gaat het er in beide groepen om dat deze mensen meer moeite hebben met probleem oplossings- vaardigheden. Bijvoorbeeld bij het begrijpen wat anderen zeggen, gevoelens en gedrag van anderen kunnen inschatten, maatschappelijke regels kennen en ernaar kunnen handelen (dit zijn twee verschillende dingen), emoties kunnen reguleren, eigen belangen kunnen uitstellen, plannen, om- gaan met nare situaties en ruzies oplossen.

Tegelijkertijd is het belangrijk onderscheid te maken tussen wat iemand verbaal aankan, dus qua taalbegrip, woordenschat, feitenkennis etc en wat iemand verbaal aankan, dus qua plannen, organiseren en overzicht. Als dit bij de speler redelijk op één lijn zit dan is dit voor de trainer redelijk goed te begeleiden maar vaak zie je binnen het G-korfbal dat er grote verschillen zitten tussen wat de speler verbaal aankan en kan verwerken en wat de sporter handelingsgericht aan kan wat betreft het overgaan tot actie, het doen. Is er sprake van een sterkere verbale kant dan zie je al snel dat de kans op overschatting groot is. Je verwacht van de G-korfballer bijvoorbeeld te veel op basis van wat de speler je verbaal wijsmaakt. Maar hij of zij kan het vervolgens niet goed in handelen omzetten.

Het kan ook omgekeerd werken. Dat je te maken hebt met een G-korfballer die zich verbaal erg moeilijk kan uiten maar die in zijn handelen wel verder is. Op dat moment is het belangrijk dat de speler wel voldoende uitdaging blijft krijgen anders kan er sprake zijn van ondervraging. Ondanks de verschillen die vaak zichtbaar zijn tussen wat iemand verbaal kan en wat iemand handelingsgericht kan zit vrijwel elke G-korfballer qua intelligentieniveau behoorlijk onder het gemiddelde. Het is belangrijk hier rekening mee te houden. Zeker ook omdat gemiddeld genomen een volwassen G-korfballer functioneert op het niveau van een 12-jarige. Voor jongere G-korfballers ligt het niveau van functioneren dus nog behoorlijk lager gemiddeld genomen. Dit bepaalt in belangrijke mate welke verwachtingen je hebt van de G-korfballers waar jij mee werkt.

De blauwe lijn is gemiddelde ontwikkeling, rode lijn is ontwikkeling van iemand met een licht verstandelijke beperking.

 

HOE KAN JE HIER REKENING MEE HOUDEN TIJDENS JE TRAININGEN?

Het is handig om dingen die je wilt uitleggen te kunnen visualiseren. Een lesnbord is dus wel erg handig om te kunnen gebruiken. Hierop kan je wat je verbaal vertelt nog eens extra ondersteunen door het ook te tekenen. Tegelijkertijd kan je bijvoorbeeld gebruik maken van pictogrammen die je op de flap-over hangt. Het is handig om de opbouw van de training altijd hetzelfde te houden zodat de speers weten wat er wanneer gaat gebeuren.

Deze vaste agenda kan je als vast beginpunt gebruiken op de flap-over. Ook is het handig om van tevoren standaardregels met elkaar te bespreken en deze ook te laten plastificeren en bij het veld neer te leggen of te hangen. Opdrachten diuidelijk aangeven en zichtbaar maken voor de spelers 

VALKUILEN

Belangrijke valkuilen waar je tegenaan kan lopen als trainer is dat je te veel praat en/ of te snel praat waardoor de spelers afhaken. Dit zie je bijvoorbeeld aan het wegkijken, het gaan klieren met elkaar, staren, grapjes gaan maken maar ook aan wegloopgedrag. Ook is een bekende valkuil ervanuit gaan dat de G-korfballer iets begrijpt. Bijvoorbeeld omdat de speler knikt of ja zegt. Erg belangrijk is om te checken of het ook daadwerkelijk begrepen is. Laat de speler de opdracht bijvoorbeeld even herhalen om er zeker van te zijn dat het goede is binnen gekomen.

 

POSITIEVE EIGENSCHAPPEN

Mensen met een lagere intelligentie zijn vaak goudeerlijk en zullen je daardoor directe feedback durven geven. Ook zijn het vaak sterke gevoelsmensen die daardoor ook veel warmte kunnen ge- ven en snel doorhebben wanneer iets echt is of gemeend.

 

BIJKOMENDE GEZONDHEIDSPROBLEMEN

 

Met name wanneer er sprake is van een syndroom bij de G-korfballer zie je vaak ook dat er sprake is van bijkomende gezondheidsproblemen. Denk bijvoorbeeld aan epilepsie, suikerziekte maar ook aan bijvoorbeeld hartproblemen. Dit is een gebied waarin je als trainer niet al te veel kan betekenen maar het is wel belangrijk om vooraf duidelijk te hebben of dit speelt en of er ook medicatie gebruikt wordt. Als trainer is het belangrijk te weten of iemand zijn medicatie heeft ingenomen en om in het geval van suikerziekte of epilepsie te weten wat je moet doen in het geval dat iemand een hypo krijgt of een epileptische aanval. Zorg er dus voor dat je dit in de spelersmap opneemt bij de informatie over de G-korfballer en in het eerste gesprek hebt besproken met de ouder/begeleider.

 

BIJKOMENDE PSYCHIATRISCHE PROBLEMEN

Een syndroom of licht verstandelijke beperking gaat ook vaak samen met psychiatrische problema- tiek. Mensen met een verstandelijke beperking hebben zelf een 3 tot 4 keer grotere kans dan gemid- deld om te maken te krijgen met psychiatrische problematiek. Met name AD(H)D en verschillende vormen van autisme komen veelvuldig voor maar ook zie je vaak dat G-korfballers met een licht ver- standelijke beperking, doordat ze de wereld om zich heen niet goed begrijpen, angstig kunnen wor- den of juist agressief. Dit is met name in de benadering op het korfbalveld goed om rekening mee te houden.

 

AD(H)D

 

Wanneer er bij een G-korfballer ook AD(H)D gediagnosticeerd is dan zie je waarschijnlijk dat hij/zij problemen ervaart op het gebied van aandacht tekort, hyperactiviteit en impulsiviteit. Dit kan onder meer zichtbaar worden doordat de speler moeite heeft zich te focussen/afdwaalt tijdens uitleg, op- drachten/uitleg niet goed meekrijgt, aanwijzingen moeilijk kan opvolgen, motorisch onrustig kan zijn, veel tussendoor praat, direct reageert en eerst doet en daarna pas denkt. Belangrijk is hierbij wel het onderscheid te maken tussen G-korfballers met ADHD en G-korfballers met ADD. De ADHD-spelers vallen vaak direct op door hun onrustige en hyperactieve gedrag en impulsiviteit. Bij de ADD-spelers is dit juist niet zichtbaar maar zij hebben wel veel moeite om zich te focussen, om opdrachten mee te krijgen en om hun handelen te plannen. Deze laatste groep valt vaak niet zo op maar kan wel tegen grote problemen aan lopen. Het is belangrijk hier rekening mee te houden.

 

ASS (AUTISME SPECTRUM PROBLEMATIEK)

Een G-korfballer met ASS (autisme spectrum problematiek) problematiek zal meestal of gediagnostceerd zijn met Pdd-Nos of met een autistische stoornis, ook wel klassiek autisme genoemd. Deze beide vormen, die overigens vanaf dit jaar niet meer zo gediagnosticeerd worden, zijn wel erg ver- schillend wat betreft ernst van de stoornis en het gedrag dat zichtbaar is. Zo zal je bij een klassieke autistische G-korfballer zowel problemen zien in het sociale contact als in de communicatie als in beperkte interesses en gedragspatronen. Bij een Pdd-Nos speler zal je vaak op één van de gebieden uitval zien maar niet op alle gebieden. Vaak gaat dit ook samen met gedragproblematiek.

Kenmerken die je op het korfbalveld terug zou kunnen zien en passend bij aan autisme verwante problematiek zijn onder meer het moeite hebben met het vinden van aansluiting bij de groep en hier ook niet altijd behoefte aan hebben, het weinig betrokken kunnen zijn bij het team en het weinig spontaan delen van dingen die de G-korfballer heeft meegemaakt. Ook kan je terugzien dat de G- korfballer met een vorm van autisme moeite heeft met het aangaan en onderhouden van een gesprek of niet of nauwelijks praat en kan je zien dat ze soms dezelfde herhalende bewegingen maken (bijvoorbeeld fladderen of wiegen etc.) of dat ze erg sterk gericht zijn op bepaalde specifieke routines of rituelen, de paal moet bijvoorbeeld altijd op precies dezelfde plek staan.

HOE KAN JE HIER REKENING MEE HOUDEN TIJDENS DE TRAINING?

Om ongewenst gedrag te voorkomen dat ontstaat uit onduidelijkheid en spanning over de nieuwe situatie/invulling van de training is het verstandig de G-korfballer met een vorm van autisme voor de training al even bij je te nemen en kort het programma voor die training door te nemen. Ook is het verstandig van tevoren, voor de start van het seizoen, met de speler een vaste time-out plek uit te zoeken waar de speler even heen kan wanneer hij of zij overprikkeld dreigt te raken. Als je dit als trainer merkt tijdens de training is het ook belangrijk de time-out plek als optie te benoemen. Erg belangrijk is hierbij wel dat het niet gaat om een straf maar juist om een plek om even tot rust te komen. Ook is het belangrijk duidelijk te zijn wat betreft de tijd. De time-timer is hierbij weer goed te gebruiken om duidelijk te maken hoelang een oefening duurt. Ook bij G-korfballers met een vorm van autisme geldt dat het belangrijk is te checken hoe de opdracht binnen is gekomen. Niet zozeer zoals bij een speler met AD(H)D vanwege het mogelijk niet binnenkomen van de opdracht maar veel meer vanwege het anders kunnen interpreteren van de opdracht.

VALKUILEN

Wanneer de situatie te onoverzichtelijk is of te spanningsvol waardoor de G-korfballer met een vorm van autisme overprikkeld raakt zal er ongewenst gedrag optreden. Vaak zullen dit ook gedragsproblemen zijn (bijvoorbeeld weglopen, schreeuwen, fysiek worden etc.). Belangrijk is dit gedrag te dui- den als een uiting van de onvoorspelbaarheid van dat moment in de training. Het is dan ook belang- rijk eerst de speler op een rustige plek te positioneren en daarna weer duidelijkheid te scheppen in de situatie. Ook hier geldt weer dat structuur en voorspelbaarheid erg belangrijk zijn.

POSITIEVE EIGENSCHAPPEN

Spelers met een vorm van autisme zijn vaak erg betrouwbaar en kunnen je goed helpen bij het herinneren aan de gemaakte afspraken door hun geheugen voor feiten. Je kan deze spelers vaak ook wel goed verantwoordelijk maken voor een taak, bijvoorbeeld het vullen van de bidons omdat ze planmatig vaak sterk zijn.

ANGST/DEPRESSIE

Binnen het G-korfbal zal je ook veel met angstproblematiek te maken krijgen. Dit komt met name door de overzichtsproblemen die er vaak al zijn vanuit het lagere intelligentieniveau. Dat maakt de wereld om de G-korfballer heen erg onoverzichtelijk en dus onvoorspelbaar en in de ogen van een G- korfballer “gevaarlijk”. Als hier niet tijdig op wordt ingestoken dan kan dit ertoe leiden dat de angst- problematiek dusdanig ernstig wordt dat de speler trainingen gaat vermijden, of wanneer de speler nog wel op trainen komt vrijwel niet meer tot actie over gaat en als het ware vastgenageld staat aan de grond. Hierdoor neemt het gepieker toe en kunnen er ook slaap en eetproblemen ontstaan. Uit- eindelijk kan dit in sommige gevallen, waarbij de isolatie van de speler steeds groter wordt, leiden tot een depressie. In dat geval zal de speler zich waarschijnlijk helemaal terugtrekken en nauwelijks meer mensen toelaten. Bij mensen met een licht verstandelijke beperking kan je dan ook zelfbeschadigend gedrag zien (bijvoorbeeld hoofdbonken, bijten, krabben). Ook kan je een terugval zien in bij- voorbeeld zindelijkheid en de zelfverzorging.

HOE KAN JE HIER REKENING MEE HOUDEN TIJDENS DE TRAINING?

Ook voor het omgaan met angstproblematiek geldt dat het belangrijk is de omgeving zo overzichtelijk en voorspelbaar mogelijk te maken. Het is vooral belangrijk te letten op signalen die wijzen op vermijding of het niet overgaan tot actie. Signaleer je dit als trainer dan is het belangrijk de speler even apart te nemen en samen een stappenplan te maken om de oefening toch te kunnen doen. Hier- bij kan je ook met beloningen werken wanneer het lukt om een stapje van het stappenplan te nemen. Het is vooral belangrijk de druk weg te nemen en de speler ook niet ten overstaan van de hele groep een vraag te stellen. Zie je zelfverwondend gedrag tijdens een training dan is het belangrijk alternatief gedrag aan te bieden. 

VALKUILEN

Een belangrijke valkuil kan zijn dat je als trainer ervan uitgaat dat de speler geen plezier heeft in korfbal en daardoor niet meedoet of steeds vaker niet op trainen verschijnt. Het is dan ook belangrijk om hierover goed contact te onderhouden met de begeleider van de G-korfballer om algehele veranderingen te kunnen opmerken.

 

POSITIEVE EIGENSCHAPPEN

Vaak zijn dit spelers die erg gevoelig zijn en goed rekening zullen houden met de andere teamleden. Ook zijn dit de spelers die goed nadenken over een oefening en ook naar zichzelf kunnen kijken hoe ze iets doen. Je kan dus wat gemakkelijker met ze reflecteren. Het zijn vaak ook de spelers die echte doorzetters zijn en niet snel op zullen geven als ze eenmaal hun angst onder controle hebben.

 

GEDRAGSPROBLEMATIEK

Gedragsproblematiek is vrijwel altijd een uitingsvorm van dat de omgeving te onvoorspelbaar, te spanningsvol of te overprikkelend is. G-korfballers met een lagere intelligentie vinden het over het algemeen lastig hun emoties goed te reguleren, zeker wanneer er ook sprake is van een vorm van autisme, AD(H)D of angstproblematiek. Ze zijn niet voldoende in staat om bijvoorbeeld verbaal aan te geven dat ze iets niet leuk vinden, iets spannend vinden of eng etc. Soms zijn ze zich hier zelf ook niet direct van bewust. Je ziet de onvrede echter juist vaak terug in gedrag. Bijvoorbeeld doordat de speler wegloopt, gaat schreeuwen, van zich af gaat slaan, jaloers gedrag laat zien richting medespelers. Wat erg belangrijk is om te onthouden is dat, wanneer van tevoren bekend is dat een G- korfballer gediagnosticeerd is met een gedragsstoornis (veelal een oppositioneel opstandige ge- dragsstoornis), dit geen verklaring vormt voor het gedrag maar alleen aangeeft dat hier rekening mee moet worden gehouden. Dit is dus anders in vergelijking tot bijvoorbeeld een diagnose AD(H)D of ASS. Een gedragsstoornis kan dan ook, anders dan bij de andere psychiatrische stoornissen, over- gaan. Als er maar op de juiste manier op de gedragsproblematiek wordt ingestoken.

VALKUILEN

Zeker wanneer de gedragsproblemen ernstig van aard zijn en zich ook richten op jou als trainer of op medespelers is het lastig om het gedrag te blijven zien als onmacht en om niet vanuit je eigen emotie te reageren. Dit is echter wel belangrijk aangezien de speler alleen maar meer het overzicht kwijt- raakt wanneer jij als trainer ook vanuit de emotie gaat reageren. Uiteindelijk wil jet gedrag als on- macht kunnen blijven zien om zo het gedrag weer te kunnen keren naar gewenst gedrag. Ook is een belangrijke valkuil die hierbij hoort dat je als trainer steeds meer bestraffend kan gaan worden terwijl je de grootste winst kan halen in het bekrachtigen/belonen van gewenst gedrag.

POSITIEVE EIGENSCHAPPEN

Dit zijn de spelers die door hun pure jou als trainer iets teruggeven over de vorm en de opzet van je training. Hun directe non-verbale communicatie middels ongewenst gedrag zegt hierbij vaak meer dan wanneer je in gesprek gaat met het team. Deze spêlers houden je een mooie spiegel voor.

SEKSUEEL VERSTOORDE ONTWIKKELING

Wanneer er sprake is van een lagere intelligentie en bijkomende psychiatrische problematiek dan kan je mogelijk ook meemaken dat er problemen zijn op het gebied van de seksuele ontwikkeling. Ondanks dat de speler bijvoorbeeld functioneert op het verstandelijke en sociaal emotionele niveau van een 12-jarige is de lichamelijke ontwikkeling vaak wel in orde. Dat betekent dat de speler wel te maken heeft met seksuele gevoelens en driften. Waar anderen deze goed onder controle hebben is dit voor mensen met een verstandelijke beperking vaak lastig. De emotieregulatie is dan niet vol- doende. Hierdoor kan het voorkomen dat een speler iemand bijvoorbeeld bij zijn kont grijpt of aan de borsten zit of seksueel getint gedrag vertoont door bepaalde seksueel getinte opmerkingen te plaatsen of masturbeert in het openbaar. Tegelijkertijd is dit ook een doelgroep die enorm kwetsbaar is om zelf met seksueel grensoverschrijdend gedrag te maken te krijgen of nog ernstiger seksueel misbruik. Juist omdat deze mensen veel meer ongeremd zijn op dit gebied en erg beïnvloedbaar.

HOE KAN JE HIER REKENING MEE HOUDEN TIJDENS DE TRAINING?

Belangrijk is dat je van tevoren over dit onderwerp al regels hebt opgesteld waarin onder meer staat dat je van elkaar afblijft bijvoorbeeld. Ook is het belangrijk dat je zorgt dat er altijd begeleiding is bij het omkleedmoment in de kleedkamer. Dus een mannelijke begeleider bij de mannen en een vrouwelijke begeleider bij de vrouwen. Het liefst ben je ook met twee begeleiders erbij in de kleed- kamer. Op die manier voorkom je dat spelers met ongewenst gedrag van elkaar te maken krijgen. Wanneer je weet dat je te maken hebt met een speler die seksueel grensoverschrijdend gedrag ver- toont is het daarnaast handig om samen met de begeleider een aantal individuele afspraken te ma- ken waarbij de consequenties voor de speler ook duidelijk zijn. Ook hier kan je dan weer werken met belonen wanneer de speler gewenst gedrag laat zien. Hij of zij mag bijvoorbeeld de laatste oefening kiezen als het een training goed is gegaan

VALKUILEN

De belangrijkste valkuil op dit gebied is dat je als trainer denkt dat het wel meevalt met eventueel seksueel verstoord gedrag of dat je dit een lastig onderwerp vindt om iets mee te doen. In de praktijk is echter duidelijk geworden dat binnen deze doelgroep 2/3 wel eens te maken heeft gehad met seksueel grensoverschrijdend gedrag. Hieruit blijkt ook het belang om hier alert op te zijn.

POSITIEVE EIGENSCHAPPEN

Deze spelers laten jou als trainer zien dat dit een belangrijk onderwerp is dat niet vergeten mag worden en wat in meer of mindere mate bij alle G-korfballers speelt.

HANDIGE SITES

 

LESGEEFTIPS

Wees je bewust van je voorbeeldfunctie: jij vertegenwoordigt je club en het korfbal.

2.       Zorg dat je weet wie je moet bellen om je te vervangen als je ziek wordt of om een andere reden niet aanwezig kunnen zijn. Zorg ook dat de school weet dat jij niet komt en wie de vervanger is.

3.       Zorg dat je op tijd bent, dat materialen aanwezig zijn en dat alles klaarligt voor een snelle start.

4.       Denk van tevoren na hoe je je presenteert. Vertel wie je ben, waarom je hier bent en wat je komt doen. Vraag bij de tweede les of de groep nog weet wie je bent, wat je komt doen en waarom.

5.       Zorg dat je je zo opstelt dat je veel kan zien. Door op een juiste plek te staan houd je overzicht.

6.       Voorkom vaak en onnodige organisatiewisselingen, denk ook daar vooraf goed over na.

7.       Zorg dat je verzorgde kleding draagt (sportshirt met sponsor, trainingspak en zaalschoenen).

8.       Spreek vooraf met de leerkracht die bij de les aanwezig is af wie wat doet tijdens de les.

9.       Overleg met de leerkracht hoe je aandacht vraagt of krijgt, hier kunnen afspraken voor zijn. 

10.   Probeer vooraf een aantal kinderen eruit te pikken en hun naam te onthouden.

11.   Stimuleer, motiveer en wees enthousiast, actief en toegankelijk tijdens de les.

12.   Praat rustig en duidelijk en gebruik begrijpelijke termen, wacht met je uitleg tot je de aandacht hebt. Maak het niet te lang en gebruik praatje, plaatje, oefeningen. Vraag of ze het begrepen hebben.

13.   Tijdens de uitleg is het van belang dat kinderen aandacht voor je hebben. Laat ze daarom de bal vasthouden en laat ze zitten. Als ze blijven spelen met de bal, laat ze de bal wegleggen.

14.   Doe een oefening altijd even voor.

15.   Zorg voor veel variatie. Met een kleine aanpassing of toevoeging krijgt een oefening weer een andere dimensie, waardoor de oefening interessant en leuk blijft.

16.   Zorg dat alle kinderen in beweging zijn. Op school zijn het vaak grote groepen. Als je met een groep een oefening op de korf doet kan de andere groep bijvoorbeeld stuiteren of overgooien.

17.   Gebruik zowel korven als baskets, maar wissel wel geregeld.

18.   Zorg dat de oefen- en spelvormen aansluiten bij de leeftijdsgroep.

19.   Zorg dat de kinderen veel kunnen doen (veel herhalingen en veel in beweging), veel plezier hebben en veel leren.

20.   Vergeet niet regelmatig tijdens de lessen enthousiast te vertellen over de vereniging en over korfbal. Zo creëer je alvast enthousiasme en vergroot je de kans op nieuwe leden.

21.   Wijs de leerkracht voor of na de eerste les op het G-korfbaltoernooi, de open dag, de spelinstuif of gratis korfbaltrainingen (of welke vervolgactie dan ook) bij uw club.

22.   Geef de kinderen aan het eind van de laatste bijvoorbeeld een leuk aandenken, een stempelkaart met uitnodiging voor oefentrainingen, een uitnodiging voor het G-korfbaltoernooi of iets anders leuks. Spreek met de leerkracht af of je dit zelf uitdeelt of dat dit in de klas later gebeurt.

23.   Bij de eerste kennismakingslessen korfbal is succesbeleving heel belangrijk, dus kinderen moeten veel kunnen scoren. Daarvoor is het volgende belangrijk:

 

  • Pas de hoogte en grootte korf aan zodat kinderen makkelijk kunnen scoren;
  • Denk er vooral ook aan dat schoolkorfbal geen training is en de klas geen team;
  • Houd rekening met de te gebruiken ballen: plastic of kleine ballen, K3 of K4 voor basisgroepen tot groep zes en voor groep zeven en acht een K5.

Eenvoudige oefeningen

 

 

 

Korfbalcursus voor leerkrachten

Inleiding tot korfbal: Leerlingen kennismaken met de basisprincipes van korfbal

Basisregels in het school korfbalspel

  • Niet lopen met de bal
  • 1 verdediger op 1 aanvaller
  • De bal niet uit de handen nemen

Hoogte korven:

Kinderen van 6 tot 10 jaar spelen naar naar een korf van 2,5 meter hoogte met een mousse bal

Kinderen vanaf 11 jaar naar 3 meter hoogte met een bal nummer 4

Hoe meer we de kinderen kans geven om te scoren hoe hoger de beleving we creëren 

Onderstaande korfbal belevingsoefeningen zijn uitgevoerd door kinderen van 9 tot 11 jaar

De App is te vinden op Android en Apple

 

 

 

 

Informatie over coachlicenties

Lijst met geldige coachlicenties:


Update: 15/01/2025

Coachlicentie vernieuwing:

Er zijn twee soorten coachlicenties:

  • Coachlicentie A
  • Coachlicentie B

 

Waar zijn de coachlicenties verplicht:

  • Alle A-achttallen van zaal 1ste klasse (Topleague): Coachlicentie A
  • Alle A-achttallen van zaal 2de klasse (Promoleague) en alle achttallen van jeugd Top Zaal U19 – Top Zaal U17 – Top Zaal U15 en Top Zaal U13: Coachlicentie B of A

Het digitale wedstrijdformulier controleert automatisch de geldigheid van de licentie. De Scheidsrechter/Jury controleert de identiteit van de coach.

 

Vereisten om een NIEUWE coachlicentie te verkrijgen vanaf seizoen 2024-2025:

Voornaamste wijzigingen:

  • Indien ouder dan 4 jaar moet de aanvraag voorzien zijn van twee bijscholingsattesten bekomen de laatste 4 jaar (2 sporttechnische bijscholingen KBKB of VTS plus bijscholingen gevolgd hebben (bewijzen bijvoegen) en een up to date spelregelbewijs (niet ouder dan 4 jaar) 
  • Waar zijn de coachlicenties verplicht:
    • Alle A-achttallen van zaal 1ste klasse (Topleague): Coachlicentie A
    • Alle A-achttallen van zaal 2de klasse (Promoleague) en alle achttallen van jeugd Top Zaal U19 – Top Zaal U17 – Top Zaal U15 en Top Zaal U13: Coachlicentie B of A

Het digitale wedstrijdformulier controleert automatisch de geldigheid van de licentie. De Scheidsrechter/Jury controleert de identiteit van de coach.

Alle aanvragers moeten, zowel voor licentie A als B:

    • In het bezit zijn van een recent spelregelbewijs (niet ouder dan drie jaar)

Daarenboven:

    • Voor een coachlicentie A:
      • Minstens Trainer B korfbal of Korfbaltrainer 4 (KNKV)
      • Tot en met het seizoen 2025-2026 2024-2025 kun je nog met een initiators-diploma en ervaring als speler of trainer in de hoogste reeks een coachlicentie A krijgen. In 2024 starten de cursussen instructeur en trainer B en moet men vanaf dan voldoen aan de diplomavoorwaarden.
    • Voor een coachlicentie B
      • Minstens Initiator korfbal of Korfbaltrainer 3 (KNKV)

Vereisten om een coachlicentie te VERLENGEN vanaf seizoen 2024-2025:

  • Minstens 2 sporttechnisch bijscholingen KBKB of VTS plus bijscholingen gevolgd hebben tijdens de geldigheidduur van de licentie (bewijzen bijvoegen).
    Opleidingen/bijscholingen KBKB wedstrijd-schotklok, jury en (club-)scheidsrechter komen NIET in aanmerking als sporttechnische opleidingen of bijscholingen.

Bij het aanvragen van de coachlicentie A & B mag het behaalde diploma niet ouder zijn dan 4 jaar.
Indien ouder dan 4 jaar moet de aanvraag voorzien zijn van twee bijscholingsattesten bekomen de laatste 4 jaar (2 sporttechnische bijscholingen KBKB of VTS plus bijscholingen gevolgd hebben (bewijzen bijvoegen) en een up to date spelregelbewijs (niet ouder dan 4 jaar)
Opleidingen/bijscholingen KBKB wedstrijd-schotklok, jury en (club-)scheidsrechter komen NIET in aanmerking als sporttechnische opleidingen of bijscholingen.

oor de volledige tekst zie “Competitiestructuren Zaal League en 1ste klasse Jeugdreeksen

Spelregelbewijs:

  • Bij elke verlening moet de coachlicentiehouder een opfris doen van het spelregelbewijs en het certificaat meesturen bij zijn aanvraag.
  • Elke coachlicentiehouder kan inloggen(Je gebruikersnaam = je e-mailadres (kleine letters) Je logt in en kan rechtsreeks naar het eindexamen. Daar krijg je 30’ tijd om 20 ad random vragen te beantwoorden uit de cursus. Vanaf 14/20 ben je geslaagd. Ben je niet geslaagd heb je drie kansen om het opnieuw te doen. Slaag je daar niet in moet je de ganse spelregelcursus terug doorlopen en alle deelexamen afleggen.

Aanmeldformulier VSF 

Maak uw account aan:

 

Wat zijn bijscholingen KBKB of VTS:

Van al deze bijscholingen kan je een deelname-attest downloaden op 'mijn VTS' (database van de Vlaamse Trainersschool). Dit attest moet als bewijs gebruikt worden.

Studenten LO sturen een bewijs door dat ze bezig zijn aan de laatste jaren van hun opleiding.

Aanvraagprocedure:

  • Een aanvraag tot het verkrijgen van een coachlicentie indienen. Hiervoor dient het aanvraagformulier volledig ingevuld te worden.
  • Betaling van € 75,00 gekoppeld aan het aanvraagformulier.
  • Zorg dat je foto in onze Twizzit ledenadministratie up to date is.
  • De namen van de coaches met een geldige coachlicentie zullen gepubliceerd worden op de website van de KBKB (bovenaan deze pagina).

 

Geldigheidsduur:

  • Een coachlicentie is drie seizoenen geldig.

Voor inlichtingen kan je terecht bij Liesbeth Neirinckx (Sporttechnisch Coördinator KBKB-Vlaamse Liga)

Alle informatie over:

 

1. Hoe word ik gediplomeerd korfbaltrainer?

Korfbal specifieke trainersopleidingen:

Momenteel kunnen binnen het korfbal onderstaande opleidingen gevolgd worden:

 

Start 2 Coach

Start 2 Coach is een laagdrempelige én praktijkgerichte basismodule. Je leert er de basisprincipes rond verantwoord training geven (hoe zorg ik voor een gestuctureerde training, hoe boei ik al mijn spelers,...). Deze verzamelen we in een duidelijk model en leer je toepassen in de praktijk!

Daarnaast krijg je ook heel wat oefen- en spelvormen aangeboden voor de beginnende korfballer (U7-U9) 

Een opleiding Start 2 coach duurt 17u en wordt georganiseerd door de korfbalfederatie (meestal in samenwerking met een club of gemeente).

Deze opleiding is dikwijls de opstap naar het volgen van een initiatorcursus. Deze opleiding geeft ook een vrijstelling voor module 1 in de Initiator-opleiding (17u).

Om te kunnen deelnemen moet je min. 15 jaar worden in de loop van het kalenderjaar waarin de cursus start.

 

Meer info rond de Start 2 Coach module kan je hier vinden.

 

Initiator:

Opleiding waarbij het basisniveau van korfbal kan aangebracht worden door de cursist aan beginnende korfballers (kinderen, jongeren of volwassenen) op clubniveau. Er wordt rekening gehouden met de ontwikkelingskenmerken van de doelgroep en de ontwikkelingslijn van de korfbalsport om de startende korfballers via aangepaste sporttechnische en-tactische trainingen bepaalde leerdoelen te laten bereiken.

Deze cursus richt zich op korfballers van U11-U15 en de lagere seniorenreeksen.

Een opleiding Initiator duurt 51u en wordt georganiseerd door Sport Vlaanderen en de korfbalfederatie (meestal in samenwerking met een club). Het algemene en sportspecifieke gedeelte zitten verwerkt in deze cursus

Om te kunnen deelnemen moet je min. 17 jaar worden in de loop van het kalenderjaar waarin de cursus start

Instructeur:

Deze cursus richt zich op de U17 en U19 reeksen (niet het hoogste niveau) en de hogere seniorenreeksen (uitgezonderd topleague). Hier worden de eerste stappen gezet in het fysisch verbeteren van de korfballers, daarnaast komt ook het scouten van spelers en teams aan bod. Hoe doe je dit, hoe interpreteer je gegevens en hoe maak je een wedstrijdplan op basis van deze gegevens. 

De instructeur opleiding duurt 90u (waarvan 24u stage). Modules 1 (Voor korfbal de vakken Trainingsmethodiek basis en sportpsychologie) en 5 (33u) moeten gevolgd worden via Sport Vlaanderen. Hier kan je alle info vinden rond de sportwetenschappelijke kennisvakken (M1) en levenslang leren (M5).

Hier staat geen leeftijd op maar je moet in het bezit zijn van een Initiator korfbal diploma.

Trainer B:

De cursist leert in te staan voor het trainen, coachen en vervolmaken van competitieve korfballers (jongeren(U19) of volwassenen) op het hoogste nationaal en internationaal niveau. Er wordt rekening gehouden met de ontwikkelingskenmerken van de doelgroep en de ontwikkelingslijn van de korfbalsport om de competitieve korfballers via aangepaste sporttechnische, tactische en conditionele trainingen naar een hoger niveau te brengen en bepaalde prestatiedoelen te laten bereiken

Een opleiding Trainer B korfbal duurt 115 u (waarvan 30u stage)). M1 kan je volgen bij Sport Vlaanderen. Dit kan zowel door middel van zelfstudie als door het volgen van lessen. Meer informatie 

Om deel te nemen heb je de toestemming nodig van de denkcel korfbal.

 

Inschrijven VTS cursus

Vrijstellingstabel basismodules Algemeen Gedeelte en vrijstellingstabel sporttakgerichte opleidingen

Cursusaanbod VTS-opleidingen korfbal 

2. Deelnameattesten sporttechnische clinics en workshops

De sporttechnische deelnameattesten zijn niet meer verkrijgbaar langs de federatie maar moeten gedownload worden via de VTS-app. In de toekomst kan je via deze app alle deelnameattesten bekomen van bijgewoonde sporttechnische clinics. Deelattesten zijn nodig voor de JSK, aanvraag verlenging coachlicentie als ervaringsdeskundige en gemeentelijke subsidies.

Om de app te downloden klik hier voor Apple en klik hier voor Android 

 

3. Coachlicenties 

4. Documenten - Videos

                     

 

5. Workshops en clinics 

Aanbod en inschrijven VTS plus

 

6. Clinics VTS-Plus

Voorlopig geen korfbalclinics gepland voor VTS-Plus

 

7.Geïndividualiseerd opleidingstraject  (ex-) topsporters korfbal (GOT)

Deze GOT-opleiding beoogt om (ex-)topsporters een trainersdiploma instructeur te laten behalen.

Comité opleidingen heeft veel tijd gestoken om de toestemming van VTS te krijgen om een geïndividualiseerde opleidingstrajecten voor (ex-) topsporters korfbal te mogen organiseren voor  de federatie.

In een snel evoluerende sportwereld, waar de concurrentie toeneemt en de eisen aan trainers steeds hoger worden, is het essentieel om te streven naar voortdurende verbetering en innovatie. Topsporters en ex-topsporters zijn spelers die gewoonlijk vanaf een leeftijd van 15 jaar steeds deelgenomen hebben aan de hoogste competities (A-jeugd) en ook bij de senioren op het allerhoogste niveau gepresteerd hebben. Zij hebben dus het ideale profiel om (top)korfballers op te leiden.

Ervaringen als topsporter geven niet de garantie dat je ook in het trainersvak zult slagen maar het is zeker een voordeel dat ze zelf op hoog niveau hebben gespeeld en ervaringen hebben opgedaan. Daardoor weten ze en/of voelen ze aan wat er op het (inter)nationale niveau wordt geëist

Doelgroep

De kandidaten (ex-)topsporters hebben een uniek profiel. Zij hebben gedurende verschillende jaren een korfbalcarrière uitgebouwd in binnen- en/of buitenlandse competities (NL). Bijgevolg hebben zij een bagage qua korfbalkennis die een extra bijdrage kan leveren bij het begeleiden/opleiden van jonge (top)talenten.

Volgende criteria worden gesteld:

  • Minimum 21 jaar oud
  • Minimum 2 jaar actief als speler/speelster in topleague België of 1ste nationale in het buitenland (NL) én nationale selecties hebben behaald bij seniors (Diamonds) waarbij ze zeker voor een EK, WK of WG werden geselecteerd

Deze GOT-opleiding beoogt om (ex-)topsporters via een opleiding op maat (minder uren dan de klassieke opleiding met nadruk op het didactische) het het Initiators en Instructeur Korfbal diploma te laten behalen. Deze opleiding loopt over het seizoen 2024-2025. Heb je reeds een initiator-diploma kan je aansluiten om het instructeur-diploma te behalen (start februari 2025).Daarna kunnen deze cursisten instappen in het voorziene VTS-traject GOT Trainer B korfbal (september 2025 indien goedgekeurd).

Het blijft wel noodzakelijk om de sporttak overschrijdende modules(1 en 5)te volgen bij Sport Vlaanderen.

Heb je interesse om deel te nemen graag je korfbal-CV doorsturen naar Liesbeth.Neirinckx@korfbal.be

Deelnemers moeten aanvaard worden door de denkcel van Sport Vlaanderen.

De eerste sessie start november 2024

8.Assimilatie

Nederlandse diploma's trainer 2/3/4 kunnen geassimileerd worden tot VTS diploma's

Trainer2 kan gelijkgesteld worden met initiator VTS

Trainer3 kan gelijkgesteld worden met instructeur VTS

Trainer4 kan gelijkgesteld worden met TR B VTS

U kan uw aanvraag indienen met bijvoegen van uw diplmoma bij  liesbeth.neirinckx@korfbal.be

DSKO KBKB zal de procedure bij Vlaamse trainerschool in gang zetten.

Scheidsrechter zijn: een verplichting of de sleutel tot sportief succes?
Elke sport heeft een drijvende kracht nodig: enthousiaste, goed opgeleide scheidsrechters die het spel fair en vlot laten verlopen. Of je nu aan amateur- of topsport denkt, scheidsrechters zijn onmisbare partners. Dankzij hen beleven spelers en fans de échte magie van sport: samen winnen, verliezen, en vooral genieten!

Word korfbalscheidsrechter en maak het verschil!
Als scheidsrechter groei je zowel persoonlijk als professioneel:

  • Ontwikkel leiderschap door het nemen van beslissingen onder druk.
  • Versterk je communicatie en leer omgaan met uitdagende situaties.
  • Vergroot je zelfvertrouwen, zowel op als naast het veld.

Blijf actief betrokken bij de sport die jouw hart sneller doet slaan. Je blijft fysiek én mentaal in topvorm terwijl je deel uitmaakt van een dynamische korfbalcommunity. Ontmoet spelers, coaches, officials en sportliefhebbers, en bouw aan een netwerk dat deuren opent.

Je bepaalt zelf hoe ver je gaat:

  • Kies er voor om jeugdreeksen te fluiten, of klim op naar hogere competities, zowel nationaal als internationaal.
  • Werk op jouw tempo en kies zelf wanneer je beschikbaar bent.
  • Ontvang een kostenvergoeding en reiskosten, terwijl je passie en inzet gewaardeerd worden.

Bovendien sta je er nooit alleen voor. Vanaf dag één, en doorheen gans je carrière,  begeleiden ervaren scheidsrechterscoaches je en krijg je de tools om te groeien in je rol.

Korfbal heeft jou nodig. Jij bent de sleutel tot fair play en spelplezier!

Hoe begin je?
Het traject naar scheidsrechter worden is eenvoudig en boeiend:

  1. Leg een online test af en toon dat je de basis van de spelregels beheerst. Meer info over het spelregelbewijs vind je hier.
  2. Volg de scheidsrechterscursus, verdeeld over drie zaterdagvoormiddagen:
    • Twee voormiddagen les:
      Onderwerpen zoals weerbaarheid, de vijf basisregels en "in één oogopslag" leren toepassen. Gegeven door ervaren lesgevers als Luc Janssens, Geoffrey Picqueur en Dirk Van Heertum.
    • Eén voormiddag examen:
      Hier toets je jouw kennis en vaardigheden om officieel aan de slag te gaan.
  3. Schrijf je in en zet je eerste stap naar een uitdagende, sportieve rol met impact.

Korfbal wacht op jou. Word scheidsrechter en laat je passie spreken!

 

 

Gedragscode KBKB-scheidsrechters

Statuut scheidsrechters begeleiders 

 

Documentatie

Digitale wedstrijdbladen

Wat is de scheidsrechtersvergoeding?

Scheidsrechtersvergoedingen

Formulieren

Formulier melding rode kaart

 

 

 

 

© 2019, website powered by Twizzit.com